Categoriearchief: Frankrijk

Verwaaid in Boulogne!

Zaterdag 24 augustus 2024, Boulogne

In de tijd dat ik in Boulogne kwam tijdens zomervakanties, heb ik menigmaal hier verwaaid gelegen. Wie niet? Eigenlijk is er sindsdien niet veel veranderd. De haven ligt ook nu vol met  Nederlanders en Belgen op weg naar  huis.   Als we hier aankomen lijkt het of er maar één dag te veel wind is en we betalen voor twee nachten. Maar dan worden het er ineens drie of vier. Wij hebben de tijd, dus voor ons maakt het niet uit, maar als je maandag weer moet gaan werken wordt het toch een beetje paniek.

Het is zondag, 18 augustus, als we vertrekken vanaf Bembridge. Na een onrustige nacht achter ons anker zijn we vroeg wakker. Bij het eerste ochtendlicht gaat het anker omhoog. Het zit vol modder. Daar hadden we niet op gerekend en we laten het maar zo. Dat bikken we er wel weer af in de haven van Eastbourne, want dat is ons doel. Zo’n 60 mijl varen, waar we een uur of negen over denken te doen. We hebben bijna een heel tij stroom mee en de wind achter. Het schiet lekker op. Dan komt Beachy Head in zicht, het 400 voet hoge kalk klif. Altijd leuk om hier langs te varen. Ik las op internet dat er in 1999 duizend kilo kalk naar beneden was   gevallen. Dat moet een kabaal geweest zijn. Ook is het nog steeds een geliefde zelfmoordplek. Je moet er toch niet aan denken! Er staat intussen een flinke wind en de stroom is tegen, dus het wordt een onrustig laatste stuk van de tocht.

Ineens ziet Jakob rook langs de kustlijn. Zou er brand zijn? Maar dan horen we ook veel geronk en blijkt er een vliegshow bezig te zijn  waarbij de meest bizarre capriolen worden uitgehaald. Ik vind het doodeng om naar te kijken, maar Jakob geniet en krijgt er geen genoeg van.

De haveningang van Eastbourne komt in zicht. Het is precies laag water. Dat is niet zo handig want het bebakende geultje dat naar de sluis loopt wordt dan wel erg smal. Jakob stuurt nauwkeurig richting sluis en het gaat goed.

De reddingsboot komt achter ons liggen en naast ons nog twee rubberboten vol mensen. Het blijkt dat ze naar de vliegshow zijn geweest. Vanaf het water heb je inderdaad het mooiste zicht. Als we de sluis uitkomen maken we vast bij de tanksteiger. We vullen de tank en gaan naar een mooie plek aan een steiger vlak bij de ingang. Ik ben erg moe en doe even helemaal niks. Jakob maakt het anker schoon en spuit het schuim, waar de sluis mee vol lag, van de boot. We eten een soepje en gaan vroeg naar bed.

Zodra het licht is staan we op en varen de sluis in. Om zes uur worden we geschut en gaan op weg naar Boulogne. Het is prachtig weer met een mooie wind.

De zeilen gaan op en het is lekker varen. Bij de ‘shipping lane’ gaat de motor bij en passen we de koers aan zodat we loodrecht oversteken. Het is niet heel druk en alles gaat naar wens. Er is zelfs een groot vrachtschip dat een beetje uitwijkt voor ons.

Als we bij de havenhoofden van Boulogne zijn, gaan de zeilen omlaag en komen de lijnen aan dek. We zijn in Frankrijk! Als we ons goed en wel geïnstalleerd hebben wordt er op de boot geklopt. Het is Johan de Roo, zwager van neef Dennis. Wat leuk. Hij komt aan boord en we wisselen nieuwtjes uit. Zijn zijn ook op weg naar huis en vertrekken op woensdag. Wij blijven nog even en maken er maar weer een vakantietje van.

  We kennen Boulogne al best goed, maar gaan toch een rondje maken naar de oude stad. We drinken koffie op een terrasje en genieten van de Franse gezelligheid. We eten mosselen bij een familierestaurantje. Ze zijn verrukkelijk! Echt vakantie!

    Omdat we Boulogne al redelijk kennen nemen we donderdag de trein naar Amiens om daar eens wat rond te kijken. De trein kost meer dan we verwachtten (€98 voor 2 retourtjes), maar je moet toch iets…..

Als we in Amiens uitstappen, valt het ons op dat er een relaxte sfeer hangt. Het is niet echt druk met vakantiegangers.

We lopen richting centrum en de grote kathedraal trekt onze aandacht. Wat een indrukwekkend gebouw. We mogen er gratis in en vergapen ons aan al het moois. Het blijkt de grootste kathedraal van heel Frankrijk te zijn. 

Ruim een uur later staan we weer buiten en gaan op zoek naar een lunchplek.

 

 

 

 

 

 

 

Op een zonnig plein met strandstoelen vinden we een tafeltje. We bestellen een ‘croque monsieur’ (XL). Dat is toch net even iets anders dan een Hollandse tosti.

 

Dan gaan we op zoek naar het huis van Jules Verne, een van de bekendste musea in de stad. Jules Verne ging ook rond de wereld, net als wij, maar dan alleen op papier.

Het huis is leuk met mooie beziens-waardigheden. De globe die hij gebruikte voor zijn imaginaire reizen staat nog gewoon op zijn bureau.

Terug bij het station stappen we weer in de trein en zijn ruim een uur later in Boulogne. Daar is het warm geworden dus de korte broek kan weer aan.

Ons plan om te vertrekken richting Duinkerken schuift steeds een dag op. Net als we de planning hebben aangepast komt er weer een gebied aan met windkracht 5-8 en dat vinden we niet leuk. Gelukkig hebben we tijd en gaan weer een paar nachten betalen in het havenkantoor.

    We scharrelen nog wat rond in Boulogne. Het regent af en toe, maar echt super slecht weer is het niet. Vanaf de pier hebben we zicht op zee. Dat ziet er erg onrustig uit, terwijl aan het strand de badgasten zich goed vermaken.

Hoe lang we hier nog zijn is niet helemaal duidelijk. We worden nog eens extra geconfronteerd met het feit dat het weer, waar niemand invloed op uit kan oefenen, altijd bepalend is geweest voor onze reis.

Dus ook nu!

Op naar Ierland!

Vrijdag 16 mei 2024, Brest

Als we zaterdag het anker ophalen in Audierne schijnt de zon uitbundig. Het wordt een prachtige dag om naar Brest te varen. Er is niet veel wind dus we starten de motor en zetten het grootzeil als steun erbij. Het is een mooie, groene kust waar we langsvaren. Het water is rustig. Er is af en toe een zeilboot te zien. Om beurten zitten we een poosje op het voordek in de zon. Het is genieten!

   Tegen 5 uur ’s middags komen we bij de Rade van Brest aan. Daar kan de motor uit en we zeilen een uur. Er staat een flinke stroming mee en we zijn eigenlijk veel te snel bij de haven.

Het is even goed uitkijken hoe je daar naar binnen vaart. Vóór ons gaan twee zeilboten die kant op en we volgen ze. Lekker makkelijk.

We leggen aan bij de tanksteiger om alvast diesel te tanken voor de volgende oversteek. Dat lukt niet echt, want de zelfbedienings-pomp heeft kuren. Het meisje van het havenkantoor komt naar ons toe, maar weet ook niet wat er loos is. Ze wijst ons in ieder geval de ligplek voor de komende week; mooi in een hoekje achterin de haven. Lekker beschut tegen de harde wind die nog gaat komen.

We ruimen de boot op en gaan naar de wal. Er zijn veel restaurantjes langs de kade. We zien een bord ‘Moules frites’ en kunnen het niet laten om daar naar binnen te gaan. We zijn niet de enigen die zich hebben laten verleiden.

Dan komen onze pannetjes en een schaaltje geelbruine slappe frietjes. Enthousiast openen we de eerste mosselen. Hmm! Als je goed zoekt zit er inderdaad een beestje in ter grootte van een pinknagel. En als je dan een visioen hebt van die grote sappige mosselen die we verwacht hadden, valt dat erg tegen. We realiseren ons dat het pas mei is, die arme beestjes hebben nog geen tijd gehad om te groeien. Teleurgesteld verlaten we het pand.

De volgende morgen gaan we op zoek naar een supermarkt die open is. Bij het havenkantoor krijgen we mooie fietsen mee met fietstassen en we gaan op pad. Het is een flinke klim naar de bovenstad.

Bij het kasteel rusten we even uit en besluiten eerst maar koffie te gaan drinken. Met de heerlijke Spaanse koffie in onze gedachten nemen we het eerste slokje van onze cappuccino. Ook dat valt tegen, het smaakt een beetje naar afwaswater. Niks aan te doen. We fietsen verder en vinden de supermarkt. Daar is van alles te koop en het ziet er goed uit. De fietstassen en de rugzakken worden gevuld en we kunnen er weer een paar dagen tegen.

We belonen onszelf die avond met een heerlijke biefstuk bij Le Boeuf sur la Quaie, waar ze eerlijk vlees serveren volgens de recensies. En het is ook lekker en gezellig!

De dagen die volgen zijn nat en winderig. We komen de boot nauwelijks af en vermaken ons met rommelen, lezen en plannen maken. Jakobs hoest is nog steeds niet over. Is het wel verstandig om weer een oversteek te maken? We besluiten dat we even aankijken hoe het de komende dagen gaat. Ik heb een nieuw drankje bij de apotheek gekocht, maar dat doet eigenlijk niks. De Griekse bruistabletten zijn eigenlijk nog het beste.

Woensdagmorgen wordt het weer droog en we gaan eens proberen of de dieselpomp het nu doet. Met een lege jerrycan lopen we ernaartoe en jawel, de pomp die aan de andere kant van de steiger staat doet het prima. Dan doen we het maar op deze manier. Tien wandelingetjes later zit onze tank weer vol en zelfs de tank voor de kachel hebben we gevuld., want het kan best koud zijn in Ierland.

De zon is gaan schijnen. We gaan de stad bekijken. Er is een lijstje met dingen die we graag willen zien.

   Bij het kasteel aangekomen besluiten we vandaag alleen de buitenkant te bekijken, want een rondleiding duurt drie uur volgens de folder. We lopen verder naar de kabelbaan die ons naar de andere kant van de stad brengt. Prachtig, dat uitzicht over de baai.

We stappen uit de gondel en komen terecht in Les Ateliers des Capucins. Een voormalig klooster dat omgebouwd is tot multifunctionele ruimtes. Prachtig!

 

Dan gaan we opzoek naar het oudste straatje van Brest, de Rue Saint Malo. Dat kunnen we niet overslaan en dalen een aantal trappen af om het te vinden. Het is een beetje opgeleukt door kunstenaars en we genieten van de manier waarop dat bewaard is gebleven.

Wat opvalt is dat hier veel aronskelken groeien. Best gek, want wij associeren dat toch eigenlijk met dood en treurigheid.

Als laatste bezoeken we de Tour de Tunguy. Dat is  een verdedigingstoren op de andere oever van de rivier de Penfeld, tegenover het kasteel. Er loopt een mooi pad naar toe, waar een bijzonder beeld te zien is. Duwt ze hem, of houdt ze hem juist tegen??

In de toren zijn mooie diorama’s te zien die de geschiedenis uitbeelden. Het is zeer de moeite waard.

    

Tegenover de toren is een gezellig cafeetje en we genieten nog even na van alles wat we gezien hebben.

Ongemerkt hebben we toch weer bijna tien kilometer gelopen. Een goede test voor Jakobs conditie. Hij kan het weer.

De laatste dagen checken we regelmatig de weerberichten op golfhoogtes, windrichting en windkracht. Het ziet er naar uit dat we vrijdag (morgen dus) kunnen oversteken. Jakob is een stuk opgeknapt, hoest nog een beetje, maar voelt zich weer goed.

De boot wordt nog een keer nagelopen op kritische punten en de voorraden worden aangevuld. Het is een afstand van ongeveer 270 mijl, waar we ruim 3 dagen en 2 nachten over denken te doen. Het wordt vast een relaxte oversteek. Halverwege gaan we de Scilly eilanden passeren, wat een mooie onderbreking gaat worden. 

Vriend Peter vertelde gister aan de telefoon dat hij zijn vlucht naar Ierland geboekt heeft.  Hij kan bijna niet wachten om bij ons aan boord te stappen. Eindelijk is het zover! Leuk hoor, zo’n enthousiaste opstapper. We gaan er van uit dat hij ook
mooi weer mee brengt :-)!

De Golf van Biskaje

Vrijdag 10 mei 2024, Audierne, Frankrijk

De haven van Viveiro, waar we nu al bijna een week liggen is comfortabel. Na weken in Marina  Real in A Coruña heen en weer te zijn geschud vanwege de deining, is het hier een verademing. Geen deining en goede beschutting tegen de harde wind. Het weer is nogal wisselvallig en dagelijks kijken we naar de golfhoogtes op het traject tussen Spanje en Frankrijk. Het ziet er nog niet goed uit, want het ene lagedruk systeem volgt het andere op. Daar hebben we geen zin in.

Er is genoeg te doen hier en we wandelen op een zonnige middag naar de Playa de Covas. Het is een flinke tippel, maar dat doen we graag en lopen via het dorp waar we koffie drinken weer terug naar de marina.

Er staat nog een laatste klus op ons lijstje en dat is het testen van de buitenboordmotor. Met mooi weer laten we de dinghy te water en hangen de motor eraan. Natuurlijk zit die vast na al die maanden dat hij aan de reling heeft gehangen. Gelukkig weet Jakob heel goed hoe hij dat moet verhelpen en na een poosje loopt de motor weer als een zonnetje. We takelen de boot en de motor weer aan boord en merken dat we dat nog steeds prima samen kunnen doen.

Een paar dagen later maken we een mooie wandeling naar het vissersdorp Celeiro en genieten van de fraaie uitzichten nadat we een flink stuk omhooggelopen zijn. Het is er zo puur en rustig.

Die middag komt er een Engelse boot binnen en we zijn nieuwsgierig naar hun plannen. Na een praatje op de steiger, drinken we later een wijntje op het terras bij het café naast het havenkantoor. Ze zijn nog maar net onderweg en willen naar de Middellandse Zee. Leuk om daarover ervaringen uit te wisselen.

Tegenover ons ligt een Fins schip dat op weg naar huis is en net als wij wacht op rustig weer. De vrouw heeft het zeilen eigenlijk wel gezien en wil snel naar huis. De kinderen worden zeeziek bij een onrustige zee, vertelt ze. De volgende dag horen we dat ze besloten hebben om de boot in Viveiro te laten liggen, waar ze een mooi jaarcontract hebben kunnen afsluiten. Zo heeft ieder zijn eigen verhaal.

En dan zien we eindelijk dat er een periode met rustig weer aankomt. Volgens de tabellen die we maken van wind en golven, kunnen we maandag 6 mei vertrekken. De regen is tegen die tijd ook gestopt en het ziet er goed uit.

We vinden het best weer spannend, want het is al een flinke tijd geleden dat we een aantal dagen achter elkaar gevaren hebben. Maar we zijn er helemaal klaar voor en varen op maandag 6 mei om 8.15 uur de haven uit.

We zijn benieuwd hoe de StarLink gaat werken op het grote water en nadat we een ander abonnement hebben aangeschaft, lukt het om verbinding te maken.

Ik schrijf een verslag over de eerste dag van de oversteek en zet het op Facebook, zodat de achterban weet hoe het met ons gaat:

Dag 1

Even is het of weer deel uitmaken van de cruisers wereld. Na bijna drie jaar Med, waarbij de meeste tripjes niet langer dan een dag duren, hebben we onze ervaring van oversteken weer uit de kast gehaald. Hoe ging dat ook weer? Oja, eindeloos wachten op een weergat, dan de boot nog een keer goed nalopen of alles werkt, boodschappen doen, maaltijden vooruit koken. We weten het nog allemaal precies. Herinneringen komen boven aan tochten die anders uitpakten vanwege zwaar weer, zoals de keer dat we naar Palmerston op weg waren en onverwacht rechtsaf sloegen naar Suwarrow om bij een storm weg te komen.

Gelukkig is de golf van Biskaje wat kleiner dan de grote oceaan en is dus wat beter te plannen. Nadat we A Coruña verlaten hadden, verwachtten we vrij snel aan de oversteek te kunnen beginnen. In Viveiro moest een accu vervangen worden en kwam er opnieuw slecht weer.

Eindelijk na 10 dagen in deze super beschutte haven te hebben gelegen is het zover. Er is een weergaatje. Hebben we alles gecheckt? Is er genoeg eten aan boord? Ojé, we hebben de verlichting nog niet gecontroleerd. Dan maar de wekker zetten zodat we dat niet vergeten.

 Druk bezig met de planning word ik dinsdag weer niet lekker. Een nasleep van de griep misschien. De dag erna ligt Jakob te klappertanden in bed en ontwikkelt een afschuwelijke hoest. Het lijkt wel of het noorden ons niet wil hebben. Moeten we soms in Spanje blijven?

 We overleggen wat wijsheid is, ik haal nog een zak vol pillen en dan hakken we de knoop door. Hoesten in de boot in een haven of hoesten in de kuip op de oceaan, wat zou er beter zijn? We gaan!

Maandagmorgen om 8 uur varen we de haven uit vol goede moed. Na een uurtje op de motor kan die uit en we varen een ruime koers met de kotterfok, de kluiver en het grootzeil in het tweede rif. Er is nog flink wat wind voorspeld. De windvaan staat erop en we zijn eindelijk weer helemaal los. Alleen het geluid van de wind en de golven. We gaan als een speer, maar wat is het hobbelig. Golven van twee kanten en extra wind uit een bui!

 We draaien wachten van drie uur en kruipen om beurten in een warm bed. Het is nog best koud op het water. We merken dat we toch niet meer zo soepel zijn dan toen we negen jaar geleden vertrokken. Niet alleen de spiertjes zijn wat strammer, maar ook ons lef is een beetje afgenomen. De afgelopen jaren hebben we ervaren wat er allemaal mis kan gaan en dat neem je toch in je hoofd mee.

Maar voorlopig zitten we hier toch maar weer met z’n tweetjes op onze trouwe Jonas met niks anders dan water om ons heen. De harde wind is afgenomen tot een viertje en de vertrouwde oceaandeining is er weer. Dit is genieten, vooral nu het zonnetje schijnt en ons lekker warm houdt. We hebben een goeie start gemaakt.

De kop is eraf en we voelen ons een beetje brak. Dat hoort erbij, dus we nemen het maar voor lief. Het verdere verloop van de tocht zet ik op Facebook als we aangekomen zijn op de ankerplek in Audierne:

 Dag 2

In de loop van de avond (van dag 1) draait de wind naar wnw en kan de bezaan erbij gezet worden. Dat gaat niet helemaal goed: eerst zit de val om een maststepje en daarna raakt hij in de knoop met de kraanlijn bij de mast. Ik sta als een trapezewerker te bewegen op het dakje van het achterdek terwijl de wind en de golven met Jonas spelen. Maar het moest en zou lukken. Met een rif erin staat de bezaan uiteindelijk goed. Hij helpt mee om een rustigere koers te varen, zodat de windvaan wat minder werk heeft (dit alleen voor insiders).

Na een donkere maanloze nacht met veel sterren zijn we een flink stuk opgeschoten. Het is lang geleden dat we een heel etmaal achter elkaar gezeild hebben. Nog steeds houden we om beurten het bed warm, want zelfs met dikke kleren aan blijf je niet heel lang warm in de kuip. Veel gegeten hebben we tot nu toe nog niet. Een fruitje, een koekje en dat was het wel.

 Tijd voor een goed ontbijt. Ons dagelijkse portie yoghurt met fruit en granola gaat er goed in. We voelen ons weer bijna gewoon. Jakob hoest er nog lekker op los en slikt braaf zijn pillen. De zeelucht doet nog niet genoeg.

 Vanmiddag om 2 uur hebben we de helft van de afstand afgelegd. Helaas is de wind er mee opgehouden en staat de motor weer te brommen. De zee is een stuk rustiger en dat is fijn. We komen er wel. Jammer dat het beloofde zonnetje het laat afweten.

Dan om een uur of zeven hoor ik een geluidje. Ik probeer het te negeren maar ga toch op onderzoek uit. Jakob slaapt en ik twijfel of ik hem wakker ga maken. De nieuwe 12 volt accu geeft 11.8 volt aan. Dat lijkt me niet goed. Ik maak hem toch wakker en vertel hem van het geluidje. Hij herkent het en weet dat het met de stuurautomaat te maken heeft. We varen intussen op de motor, want de beloofde milde noordenwind van 5 knopen is gearriveerd. Het ziet er naar uit dat we nog een etmaal zo verder gaan. Een optie is om zelf te gaan sturen. Dat kan, maar is best zwaar de hele nacht door.

 Jakob denkt na en er gaat een lampje branden in z’n hoofd. Als ik nou de stuurautomaat eens aansluit op de startaccu of de omvormer? Slim bedacht, maar niet zo simpel te doen. De snoeren en klemmen met het bijbehorende gereedschap komen tevoorschijn. Het motorluik gaat open en Jakob maakt een ‘bijpass’

Gelukkig is de zee rustig, maar het blijft een spannende klus. Twee uur later is alles gedaan en het piepje is verdwenen. Wat een kanjer is die Jakob. De oorzaak is natuurlijk nog niet duidelijk, maar als we straks voor anker liggen kan hij verder op onderzoek uit.

 

Dag 3

De alweer koude nacht verloopt verder zonder problemen en de ene na de andere mijl schuift onder ons door. Ik zie de zon opkomen, het belooft een mooie dag te worden. Ook wordt het langzamerhand wat warmer. Als we nog 10 mijl uit de kust zijn ontdekken we nog steeds geen land. Wel begint het internet ons te begroeten. We zijn in Frankrijk. Nog even geduld en we zijn in Audierne.

Met een plons valt het anker in het water. De vriendelijke baai bij Audierne verwelkomt ons met rustig water en een lekker zonnetje.

Het is weer gelukt! Tevreden over de overtocht drinken we op het achterdek ons aankomstbiertje. Het voelt alsof de zomer is begonnen.

 

Wij zijn best wel moe geworden van het bewegen van de boot en de gestoorde nachtrust. Na het avondeten duiken we op tijd in bed. En wat is dat heerlijk, zo’n eerste nacht op een rustige boot.

Rond negen uur worden we de volgende morgen wakker en kijken met plezier om ons heen. Wat een mooie plek is dit. Er staat wel wat deining, maar dat deert ons niet. De zon schijnt uitbundig en we hebben zicht op gezellige stranden en het mooie dorp. Alle ongemakken van onderweg zijn we snel vergeten. Zo gaat dat!

Jakob begint vol nieuwe energie het accuprobleem te onderzoeken. De bijpass wordt verwijderd. Het lijkt alsof er een verbinding van de omvormer naar de nieuwe accu niet goed heeft gezeten.

Er wordt veel gemeten en gecheckt en het euvel wordt verholpen. De leeggelopen accu wordt weer bijgeladen met behulp van onze trouwe Honda generator die lekker op het achterdek staat te brommen.

Nu kunnen we nieuwe plannen maken voor het vervolg van de tocht. We moeten weer rekening gaan houden met getijden en stromingen. Dat is lang geleden.

Als we zaterdag naar Brest willen varen, gaan we door de Raz de Sein en daar kan 4 knopen stroom staan. Die hebben we liever niet
tegen, dus we plannen een gunstig tijdstip.

We gaan in de haven van Brest wachten op een weergat naar Ierland. Er komt volgende week eerst wat slechter weer aan. Dat geeft ons tijd om wat in de omgeving te gaan rondkijken.

Uiteindelijk is Bretagne een prachtige vakantiebestemming!