Maandag, 29 januari 2018
Morgen vertrekken we weer naar Tahiti (wat een straf….) na een geweldige reis met deze auto door Nieuw Zeeland.
Toen we vrijdag hier aankwamen, was ik een beetje melancholiek, want het voelde echt als een afsluiting, waarbij je druk bent met weg gaan, maar niets bleek minder waar.
Het begon vrijdagavond al met een bezoek aan An en Ivan van de Vaguebond. We hadden hen ontmoet in Santa Cruz op Tenerife, meer dan twee jaar geleden. Maar door het volgen van blogs en fb, voelt dat helemaal niet zo lang. Zij liggen in de Westhaven en wonen op hun boot, omdat ze een paar jaar hier blijven werken en geld verdienen voor het vervolg van de reis.
Wat was het leuk om ze weer te zien! Alsof je elkaar gister nog gesproken had. Heerlijk om dan in de kuip te zitten en lekker bij te kletsen onder het genot van flink wat glaasjes bubbels. En daarna de “America’s Cup te bewonderen en lekker te gaan eten.


Wij hadden het geluk, dat we een appartement in Queenstreet, centrum van Auckland, hadden gehuurd. We konden dus alles lopen. Gaaf! We namen weer afscheid, maar het zou nog kunnen dat we elkaar maandag op Tiritiri gingen ontmoeten.
We hadden om tips voor de stad gevraagd, maar omdat de stad en beetje saai is, werden het tips voor een strand aan de westkust en een bezoek aan het vogeleiland Tiritiri.
Zaterdag hadden we voor de laatste dag de auto, dus we reden van de oostkust naar de westkust (dat is hier maar een uurtje rijden) naar Piha, een geweldige plek met fantastische golven en een spannend zwart strand.
Er hing nevel op het strand en dat gaf het iets spookachtige. De golven waren enorm en de strandwacht had een klein stukje uitgezet waar gezwommen mocht worden. We zagen ze ook in actie, want door de dwarsstroom was een zwemmer flink afgedreven en werd door een van de redders aan wal gebracht. 
Aan het eind van het strand waren lava rotsen, waarop enorm veel kleinen mosseltjes groeiden. De lavabrokken zorgden ook voor een heel ander beeld dan wat we in de voorgaande baaien hadden gezien.
Intussen was het stralend mooi weer geworden en vanaf een duintop genoten we van al dat gekrioel in zee. We lunchten bij het strandcafe, waar alles vers gemaakt werd. Heerlijk.
Echt een aanrader voor wie daar ooit nog komt. Voldaan kwamen we thuis in ons superappartement.
We dachten dat we al van alles hadden meegemaakt, maar dit hier slaat alles. Het is een privé appartement in een hotel aan de duurste winkelstraat van Auckland en heeft een aparte slaapkamer, woonkamer met open keuken inclusief vaatwasser, badkamer en ook nog een wasmachine en droger. Ik kan dus al mijn was schoon mee naar de boot nemen, zonder de deur uit te gaan.
Na het eten liepen we weer naar het havengebied, want vandaar uit konden we de grote brug zien, die feestelijk geopend zou worden met zijn nieuwe verlichting. Er waren redelijk wat mensen die dat ook wilden zien en er hing spanning in de lucht.
En zoals bij de meeste dingen, verwacht je iets groots, maar werd het iets kleinschaligers. An en Ivan hadden dat al voorspeld. Toen eindelijk de led-verlichting van de brug ging branden werd er 10 minuten met wat kleurtjes gespeeld en dat was het. Geen vergelijk met een feestje op de Erasmusbrug in Rotterdam. Maar, we waren erbij en dat was leuk!
Zondag gingen we de auto inleveren bij het vliegveld. De parkeerkosten hier zijn 45 dollar per dag, dus hoe minder dagen hoe beter. Teruggekomen in de stad, zouden we naar het Maritiem museum gaan. En ook nog even langs de Nespresso, want we hebben hier zo’n apparaat en de cupjes waren op. Wel echt een uitje hoor om naar zo’n winkel te gaan!
Op het haventerrein was groot feest vanwege de verjaardag van de stad. Een soort havendagen, maar dan in het klein. Het was stralend weer, best warm en de zon scheen heftig. We liepen wat rond en zagen dat er helicoptervluchtjes boven de baai gemaakt konden worden. Dus, waarom niet?
We hadden net onze uitgaven op een rijtje gezet en dat viel erg mee, dus het moest kunnen. Nou, dat was heel erg de moeite waard. Vanwege het mooie weer was het zicht perfect. Alweer genieten dus.
Na een wandeling door het Albertpark, gingen we terug naar huis om te eten, want s’avonds speelde het Philharmonisch orkest op de Cook’s pier en daar wilden we toch ook een stukje van meekrijgen.

Dat was best een belevenis, want de mensen hier worden heel blij van medleys van Duke Ellington en Frank Sinatra…… En jaren tachtig muziek vinden ze ook heel leuk, alsof de tijd hier heeft stil gegaan. Maar het was een leuke happening. Mensen hadden stoeltjes en picknick kleden meegenomen om niet op de harde grond te hoeven zitten en het was flink druk. Tot slot was er nog een geweldige lasershow en vuurwerk! Wat bijzonder toch weer dat wij dat nu weer mee konden maken.
De laatste dag van onze reis lokte TiriTiri, een natuureiland met vogels. De ferry bracht ons er in 75 minuten naar toe. Het was alleen erg jammer dat we niet alleen waren. Het was een beetje een massaal uitje, wat wel te begrijpen is, want het was heel mooi weer en het was een nationale feestdag, dus iedereen was vrij.
We stonden bij een gids die wat uitlegde over de beplanting, toen An en Ivan ineens verschenen. Ze lagen met hun boot voor anker in de Hobbs Bay en we zouden na de tour elkaar zien bij het Visitors Center. Maar…… de tour duurde veel langer dan gepland en zij moesten nog terug zeilen, dus we misten elkaar en dat was heel jammer. Maar dat maakten we goed door ’s avonds nog een biertje te drinken bij The Brewers.
De tour met de gids was een beetje saai. Er waren wel vogels, maar die deden niet veel, waarschijnlijk vanwege de warmte. Het uitzicht vanaf de top was heel mooi en we kunnen nu zeggen dat we er geweest zijn :-)!

Terug naar huis moest er echt worden ingepakt. Het is niet anders. aan alle dingen komt een einde. We hebben 7 heerlijke weken gehad en heel veel gezien en gedaan. Dus we kunnen morgen met een tevreden gevoel naar Tahiti vliegen, om daar Jonas weer de nodige aandacht te geven. We hebben van Auckland ook een goeie indruk gekregen. Anders dan de andere steden, maar door het havengebied en de Marina’s toch echt aantrekkelijk.




Om 6 uur zaten we al in de auto, het was nog donker, maar we moesten met de pont naar Opua en dan nog een uur rijden. Het was een prachtige tocht. Dit stuk van het land is weer erg de moeite waard. Er hing nog morgen dauw en dat was zo mooi. Halverwege de reis stond er een auto langs de weg om ons te manen rustiger te gaan rijden. Wat bleek, er stak een kudde koeien de weg over. Die moesten van de ene wei naar de andere. Echt gaaf!








Het begon lekker nat. Regen en koud, dus dan begin je bij het Museum. Dat bleek veel leuker dan gedacht en we leerden er veel over Captain Cook en zijn Endavour, die op 1/5 van de ware grootte aanwezig was. We lazen ook waarom het hier het Hell Hole heet. Vanwege al die zeelui, die na Cook hier kwamen, werd het drank en vrouwen wat de klok sloeg. Er kwam zelfs een Maori oorlog omdat een Engelsman het met 2 Maori vrouwen hield! Intussen is het allemaal wat vrediger geworden en is het een leuk toeristisch stadje, wat nog steeds een gezellige uitstraling heeft. Zeker met al die schepen voor de deur.




We voeren eerst naar het eiland Roberton, waar Cook in 1769 voor het eerst voet aan wal zette, na een stevige schermutseling met de Maori’s. We maakten een wandeling naar de top en hadden een heel mooi uitzicht over een deel van de baai. We dronken op het strand koffie met een traditioneel NZ koekje en voeren verder door de baai. Naast de boot verschenen de dolfijnen en we zagen zelfs pinguïns zwemmen. Dat schijnt niet vaak voor te komen, dus we hadden geluk.

Tot slot brachten we nog een paar passagiers naar de helikopter, waarmee ze naar huis terug gingen. Lekker decadent! De schipper legde de boot aan aan het heliplatform zodat ze over konden stappen. Jaja, je maakt wat mee. Het kan altijd nog gekker.


We verlieten Auckland noord afgelopen woensdag rond 9 uur en gingen op weg naar Whangarei. Op onze baan was er normaal verkeer, maar richting Auckland was het dikke file. Brrr! Dat zijn we niet meer gewend en daar moeten we zeker rekening mee houden als we terug gaan naar Auckland.


















